21 FEBRUARI 1984. - Besluit van de Waalse Gewestexecutieve betreffende de bescherming van de eetbare inlandse huisjesslakken. (Vertaling)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-01-2002 en tekstbijwerking tot 19-07-2021)
Art. 1-8
Artikel 1. Het is verboden om de volgende soorten eetbare inlandse wilde huisjesslakken te vangen :
- Boergondische huisjesslakken (Helix Pomatia L.);
- Petit-gris (Helix aspersa Muller).
De huisjesslakken van het soort Helix Pomatia L. en Helix aspersa Muller mogen evenwel gevangen worden in de periode van 1 augustus tot 30 september, wanneer de schelp in geen enkele richting ingebracht kan worden in een cirkel met een diameter van :
- 25 mm voor de Petit-gris;
- 30 mm voor de Boergondische huisjesslak.
Art.2. Het is verboden gevangen huisjesslakken te vervoeren in overtreding met artikel 1.
Art.3. Artikel 1 en 2 zijn niet van toepassing op de vangst en het vervoer van levende huisjesslakken met het oog op pedagogisch gebruik in het onderwijs.
Betreffende de onderwijsinstellingen, andere dan deze van het hoger en universitair onderwijs kan de vangst en het vervoer van levende huisjesslakken enkel betrekking hebben op maximaal 10 per keer en enkel tussen 15 mei en 15 juni.
Na gebruik moeten de huisjesslakken teruggebracht worden op de plaats waar zij gevangen werden.
Art.4. Huidig artikel betreft de huisjesslakken die behoren tot de soorten opgesomd in artikel 1, met uitzondering van de gekweekte huisjesslakken.
Het is verboden :
1° om huisjesslakken te koop stellen of te verkopen;
2° om ze onder welke vorm ook aan te bieden of ter beschikking stellen voor consumptie;
3° om ze uit het Gewest te verplaatsen.
Art.5.
(Opgeheven) <DWG 2001-12-06/56, art. 22, 002 ; Inwerkingtreding : 22-01-2002>
Art.6.[1 De directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Landbouw Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu]1, kan uitzonderingen toestaan op artikel 1 en 2 aan kwekers die exemplaren trekken met het oog op de verbetering van de kweek.
----------
(1)<BWG 2021-07-08/10, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-2021>
Art.7. Artikel 4 treedt in werking vier maand na de bekendmaking van het huidig besluit in het Belgisch Staatsblad.
Art. 8. De Minister die het natuurbehoud onder zijn bevoegdheid heeft, is belast met de uitvoering van dit besluit.