11 JULI 1983. - Koninklijk besluit houdende toekenning van toelagen aan de ondergeschikte besturen ten einde hen toe te laten energetische audits te doen opstellen bestemd om energie te besparen in de gebouwen die hun eigendom zijn.
Art. 1-9
Artikel 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, en voor zover de financiële tussenkomst van de Staat op dit gebied niet georganiseerd wordt door andere wettelijke of reglementaire bepalingen, kunnen toelagen verstrekt worden aan de ondergeschikte besturen van het Brusselse Gewest, die een voorafgaande aanvraag indienen om hen toe te laten energetische audits te doen opstellen bestemd voor energiebesparingen in de gebouwen eigendom van de bovenvermelde besturen.
Art.2. Worden bedoeld door deze bepaling de gebouwen waarvan de ondergeschikte besturen eigenaar zijn.
Art.3. Worden van het genot van dit besluit uitgesloten de gebouwen bedoeld bij het koninklijk besluit van 10 februari 1983, houdende aanmoedigingsmaatregelen voor het rationeel energieverbruik.
Art.4. Het toelagetarief is gelijk aan de kostprijs van de energetische audit met een maximum van 50 000 F per gebouw. Dit bedrag is echter slechts verschuldigd wanneer de ondergeschikte besturen een aanzienlijk deel van de door de energetische audit voorziene te uitvoeren werken doen, of de door deze laatste aanbevolen maatregelen treffen.
Art.5. De uitgaven die voortvloeien uit de toepassing van dit besluit worden aangerekend op het krediet ingeschreven op artikel 43.01, sect. 32, titel I van het begrotingsontwerp van het Brusselse Gewest voor het begrotingsjaar 1983.
Art.6. De vereffening van de toelage gebeurt op grond van de faktuur opgesteld door het gespecialiseerd studiebureau belast met de energetische audit goedgekeurd door het ondergeschikt bestuur alsmede het door het bovenvermelde bestuur te geven bewijs dat het de voorziene werken ondernomen heeft of de door de audit aanbevolen maatregelen getroffen heeft.
Art.7. Worden uitsluitend in overweging genomen de toelageaanvragen betreffende nog niet uitgevoerde werken op de dag van de inwerkingtreding van dit besluit.
Art.8. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 9. Onze Minister van het Brusselse Gewest is belast met de uitvoering van dit besluit.