Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

25 JULI 1983. - Besluit van de Executieve houdende vaststelling van de bijdrage van de gehandicapten ten laste van het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten geplaatst in de instellingen van de Franse Gemeenschap. (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest door BWG 1997-10-09/38, art. 87; Inwerkingtreding : 01-01-1998) (NOTA : Opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door BESL 2002-04-25/58, art.66; Inwerkingtreding : 01-01-2003) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1984 en tekstbijwerking tot 25-12-1997.)



Inhoudstafel:


Art. 1-10, 10bis, 11-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1980050904 



Uitvoeringsbesluit(en):

1995027338 



Artikels:

Artikel 1. <Zie nota onder TITEL> Een bijdrage per aanwezigheidsdag in de instelling die hen onthaalt wordt ten laste gelegd van de begunstigden van het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor begunstigden gehandicapte personen.

Art.2. <Zie nota onder TITEL> Indien het een minderjarige betreft geplaatst in een instelling of in een onthaalgezin, dan wordt de bijdrage bepaald bij artikel 1 vastgesteld op een forfaitair bedrag gelijk aan 2/3 van de kinderbijslag of van de gelijkgestelde bijslagen, op basis van een attest afgeleverd door de instellingen die de voormelde bijslagen verschuldigd zijn, en dit per aanwezigheidsdag in de instelling.
  Indien het een wees of het kind van een invalide arbeider betreft, dan is zijn bijdrage dezelfde als deze die hem ten laste zou worden gelegd als hij niet tot een van deze twee categorieën behoorde.

Art.3. <Zie nota onder TITEL> § 1. De meerderjarige gehandicapten geplaatst in een home of in een onthaalgezin draagt bij, naargelang zijn inkomsten _ bijslagend arbeidsinkomsten diverse inkomsten _ in de dagprijs waarvan sprake in artikel 1.
  De bijdrage beloopt maximaal 700 frank per aanwezigheidsdag; een som van minimum 3 000 frank per maand wordt ter beschikking gelaten van de gehandicapte niet werkende persoon.
  In het geval de volwassen gehandicapte persoon een beroepsactiviteit uitoefent dan behoudt hij de vrije beschikking over de helft van zijn loon zonder dat dit gedeelte minder dan 4 000 frank per maand mag bedragen.
  § 2. De bepaling van § 1 van dit artikel is eveneens toepasselijk op de minderjarige gehandicapte, die bij afwijking in een home is geplaatst evenals op de gehandicapte die bij afwijking blijft opgenomen in een instelling die werkt onder het stelsel van het internaat.

Art.4. <Zie nota onder TITEL> Voor wat betreft de gehuwde gehandicapte, zal er rekening worden gehouden met de gezinslasten die na een maatschappelijk onderzoek zullen worden vastgesteld.

Art.5. <Zie nota onder TITEL> De bijdrage bepaald in artikel 1 is vastgesteld op 100 frank per aanwezigheidsdag in een semi-internaat.
  De bijdrage is bij afwijking op 65 frank per dag vastgesteld indien de ouders bewijzen dat hun gecumuleerd netto-inkomen minder dan 22 000 frank per maand bedraagt.
  Indien twee kinderen van eenzelfde gezin gelijktijdig in een semi-internaat zijn ingeschreven, dan is de bijdrage verschuldigd voor elk kind op 65 frank vastgesteld.
  De gelijktijdigheid van de plaatsing, wanneer de twee kinderen niet aan dezelfde instelling zijn toevertrouwd, moet worden nagegaan door de betrokken instellingen.
  Voor zover hij de vervoermiddelen van de instelling gebruikt draagt de gehandicapte bij in de vervoerkosten tot een bedrag van 20 frank per dag.

Art.6. <Zie nota onder TITEL> De bijdrage bepaald in artikel 1 is, in het dagcentrum, vastgesteld op 145 frank per aanwezigheidsdag voor de gehandicapte personen van minder dan 25 jaar en op 200 frank per aanwezigheidsdag voor de gehandicapte personen van meer dan 25 jaar.
  Voor zover hij de vervoermiddelen van de instelling gebruikt, draagt de gehandicapte bij in de vervoerkosten tot een bedrag van 20 frank per dag.

Art.7. <Zie nota onder TITEL> Voor de gehandicapten die tegelijkertijd genieten van de diensten van een gezinsplaatsing en van een semi-internaat of een dagcentrum, wordt alleen de bijdrage in de plaatsingskosten bij het onthaalgezin ten laste van de gehandicapte gelaten.
  De bijdrage vastgesteld voor de gehandicapte in semi-internaat of in dagcentrum komt ten laste van het onthaalgezin.

Art.8. <Zie nota onder TITEL> De bijdrage van de gehandicapte wordt verhoogd tot de bedragen toegekend om de hogere plaatsingskosten te dekken die voortvloeien uit de schade waarvoor een derde aansprakelijk is gesteld en die aanleiding geeft tot herstel bij toepassing van de artikelen 1382 tot 1386bis van het burgerlijk wetboek.

Art.9. <Zie nota onder TITEL> De bedragen die overeenkomen met de bijdrage bepaald in dit besluit worden rechtstreeks gestort aan de betrokken instellingen, homes en diensten voor gezinsplaatsing.
  Het uitblijven van de storting van deze bedragen geeft aanleiding tot toepassing van de bepalingen van artikel 1412 van het gerechterlijk wetboek.

Art.10. <Zie nota onder TITEL> <KB 1985-09-25/33, art. 1, 002> De wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld, is toepasselijk op de forfaitaire bedragen bepaald in de artikelen 3, 5 en 6 van dit besluit; deze zijn gekoppeld aan de spilindex : 174 36.

Art. 10bis. <Zie nota onder TITEL> <ingevoegd bij BWG 1995-03-23/64, art. 3, Inwerkingtreding : 01-01-1995> § 1. Naast de bijdrage mag de instelling geen supplement eisen om de personeels-, werkings- en verblijfkosten van de gehandicapten te dekken.
  § 2. Boven de bijdrage kunnen vereist worden, voor zover ze niet het voorwerp zijn van een wettelijke of verordeningstegemoetkoming, :
  1° onder het stelsel van het internaat :
  a) het deel van de prothesekosten dat ten laste van de begunstigde blijft;
  b) de vervoerkosten van de gehandicapte persoon om zich van de instelling naar zijn woonplaats, werkplaats of een onderwijsinrichting te begeven, en omgekeerd;
  c) de onderwijskosten;
  d) de specifieke kosten i.v.m. incontinentie;
  e) de kosten voor technische bijstand, zoals wagentjes en andere mechanische of elektrische toestellen;
  2° onder het stelsel van het semi-internaat :
  de onderwijskosten.
  § 3. Boven de bijdrage kunnen vereist worden de kosten om de handicapte persoon, op zijn verzoek of op verzoek van zijn wettelijke vertegenwoordiger, een comfort of ontplooiings- en ontspanningsmogelijkheden te waarborgen die niet aan vitale behoeften beantwoorden.

Art.11. <Zie nota onder TITEL> Het ministerieel besluit van 9 mei 1980 tot vaststelling voor de Franse Gemeenschap van de financiële bijdrage van de gehandicapten geplaatst ten laste van het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten wordt opgeheven.

Art. 12. <Zie nota onder TITEL> Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 1983.