Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 JUNI 1981. - Koninklijk besluit houdende maatregelen tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening van het recht van vestiging en het vrij verrichten van diensten van dierenartsen. (NOTA : opgeheven voor wat betreft de lidstaten van de Europese Unie, maar blijft van toepassing ten aanzien van Ijsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland tot het ogenblik dat richtlijn 2005/36/EG op deze landen van toepassing is. <KB2008-06-02/31, art. 21; Inwerkingtreding : 16-06-2008>) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1990 en tekstbijwerking tot 06-06-2008).



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Uitoefenen van de diergeneeskunde.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Het recht van vestiging.
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Verrichten van diensten.
Art. 4
HOOFDSTUK IV. - Algemene bepalingen.
Art. 5-6
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 7-9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2008024232 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Uitoefenen van de diergeneeskunde.
Artikel 1. <KB 2003-11-09/36, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003> De onderdanen van een lid-Staat van de Europese Economische Gemeenschap die houder zijn van een certificaat, diploma of titel bepaald in de bijlage van het huidig besluit kunnen :
  1° in België zich als dierenarts vestigen, indien ze voldoen aan de voorwaarden bepaald in hoofdstuk II;
  2° zonder vestiging vrij hun diensten als dierenarts in België verrichten indien ze gevestigd zijn in een andere lid-Staat en voldoen aan de voorwaarden bepaald in hoofdstuk III.

Art.2. <KB 1992-01-08/49, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 10-11-1992> Wanneer de houder van een van de in artikel 1, § 2 bedoelde diploma's, certificaten of titels, bij toepassing van dit besluit, zijn diploma, certificaat of titel moet overleggen, moet dit document :
  1° indien het vóór 21 december 1980 werd uitgereikt of indien het na die datum werd uitgereikt maar een opleiding afsluit die daarvoor werd begonnen, vergezeld zijn van een attest dat door het land van uitgifte werd uitgereikt en waarin wordt verklaard dat het diploma, certificaat of de titel voldoent aan de hieronderstaande voorwaarden :
  a) voldoende kennis heeft verworven van de wetenschappen waarop de werkzaamheden van de dierenarts berusten;
  b) voldoende kennis heeft verworven van de structuur en de functies van gezonde dieren, de fokkerij, de voorplanting en de algemene hygiëne alsmede de voeding van dieren, met inbegrip in de technologie bij het vervaardigen en conserveren van het voeder dat aan hun behoeften voldoet;
  c) voldoende kennis heeft verworven op het gebied van het gedrag en de bescherming van dieren;
  d) voldoende kennis heeft verworven van de oorzaken, de aard, het verloop, de gevolgen, de diagnose en de behandeling van de ziekten van individuele dieren en groepen dieren en in het bijzonder kennis heeft verworven van de ziekten die op de mens kunnen worden overgebracht;
  e) voldoende kennis heeft verworven van de preventieve geneeskunde;
  f) voldoende kennis heeft verworven van hygiëne en de technologie bij het verkrijgen, vervaardigen en in het verkeer brengen van dierlijke levensmiddelen of levensmiddelen van dierlijke oorsprong die bestemd zijn voor menselijke consumptie;
  g) voldoende kennis heeft verworven van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de vorengenoemde gebieden;
  h) onder deskundige leiding voldoende klinische en praktische ervaring heeft opgedaan;
  2° indien het om een opleiding gaat die niet de voorwaarden onder 1 voldoet of indien het document na die datum werd uitgereikt maar een daarvoor begonnen opleiding aflsuit, vergezeld zijn van een attest van het land van uitgifte, waarin wordt verklaard dat de belanghebbende de diergeneeskunde gedurende ten minste drie jaar daadwerklijk en op wettelijke wijze heeft uitgeoefend tijdens de periode van vijf jaar die de uitreiking van het attest voorafgaat;
  3° indien het door Italië werd uitgereikt en een vóór 1 januari 1985 begonnen opleiding afsluit, vergezeld zijn van een attest waarin wordt verklaard dat de belanghebbende de diergeneeskunde gedurende ten minste drie daadwerkelijk en op wettelijke wijze heeft uitgeoefend tijdens de periode van vijf jaar die de uitreiking van het attest voorafgaat, tenzij dit diploma, certificaat of andere titel vergezeld is van een door de bevoegde overheid uitgereikt attest waarin wordt verklaard dat het een opleiding afsluit die overeenstemt met artikel 2, punt 1 van dit besluit.
  (4° Ten aanzien van de onderdanen van de Lid-Staten wier diploma's, certificaten en andere titels van dierenarts zijn behaald na een op het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek ontvangen opleiding die niet aan alle in artikel 1 van Richtlijn 78/1027/EEG gestelde minimumopleidingseisen voldoet worden ; bovenvermelde diploma's, certificaten en andere titels als genoegzaam bewijs, erkend indien deze :
  a) zijn behaald na een opleiding die vóór de Duitse eenwording is begonnen;
  b) onder dezelfde voorwaarden als de door de bevoegde Duitse autoriteiten afgegeven en in artikel 1, § 1, 1 van boven vermelde besluit, bedoelde titels de bevoegdheid verlenen op het gehele grondgebied van Duitsland de werkzaamheden van dierenarts uit te oefenen;
  c) vergezeld gaan van een door de bevoegde Duitse autoriteiten afgegeven attest waarin wordt bevestigd dat deze onderdanen de betrokken werkzaamheden in Duitsland gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren tijdens de vijf aan de afgifte van het attest voorafgaande jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze hebben verricht.) <KB 1993-06-04/32, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-07-1991>

HOOFDSTUK II. - Het recht van vestiging.
Art.3. § 1. De dierenarts bedoeld in artikel 1, § 1, 1°, kan zich als dierenarts in België vestigen op voorwaarde dat :
  1° hij een eensluidend verklaard afschrift, alsmede een overeenkomstig artikel 6 opgestelde vertaling van zijn diploma, certificaat of titel overlegt aan (de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft). <KB 2003-11-09/36, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>
  2° hij zijn diploma, certificaat of titel krachtens welke hij zijn beroep uitoefent, heeft laten viseren door de geneeskundige commmissie van de provincie waar hij zich zal vestigen, overeenkomstig artikel 29 van de wet van 4 april 1890, betreffende het onderwijs en de uitoefening van de diergeneeskunde.
  3° hij ingeschreven is bij de Raad van de Orde overeenkomstig de wet van 19 maart 1950 tot instelling van de Orde der Dierenartsen.
  § 2. (te meer als de persoon, bedoeld in de vorige paragraaf wenst deel te nemen aan de georganiseerde bestrijding van dierziekten, kan deze zich laten erkennen door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, en dit overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 3 mei 1999 houdende het organieke reglement van de Veterinaire Diensten.) <KB 2003-11-09/36, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>

HOOFDSTUK III. - Verrichten van diensten.
Art.4. § 1. De dierenarts bedoeld in artikel 1, § 1, 2°, kan in België diensten verrichten zonder zich te vestigen, op voorwaarde dat hij dit vooraf aan (de afdeling dierengezondheid en dierlijke producten van het Directoraat-generaal dier, plant en voeding van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu) meldt en een voor eensluidend afschrift, alsmede een vertaling van zijn diploma, certificaat of titel overlegt. <KB 2003-11-09/36, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>
  Bij die gelegenheid legt hij een verklaring af, aan de hand van een formulier waarvan het model door (de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft) wordt goedgekeurd, naar gelang van de aard en de frekwentie der te verrichten diensten. Deze verklaring kan slaan op : <KB 2003-11-09/36, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>
  1° de duur van zijn verblijf;
  2° de raad van de verrichtingen;
  3° plaats van de verrichting;
  4° de identiteit van de eigenaar of houder der dieren.
  De verklaring bedoeld bij het vorige lid heeft, indien nodig, betrekking op een reeks diensten verricht gedurende een periode van één jaar.
  In spoedgevallen moeten de melding bedoeld in het eerste lid en de verklaring bedoeld in het tweede lid zo snel mogelijk na de dienstverrichting worden gedaan.
  § 2. De dierenarts die voldaan heeft aan de voorwaarden bepaald in § 1 en die regelmatig diensten wenst te verrichten dient zich in een bijzonder register bij de bevoegde regionale Raad van de Orde der dierenartsen in te schrijven.
  § 3. De dierenarts die voldaan heeft aan de voorwaarden bepaald in de §§ 1 en 2, moet bovendien, indien hij wenst deel te nemen aan de georganiseerde dierenziektenbestrijding, door (de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft) worden aangenomen, overeenkomstig de bepalingen van artikel 3, § 2. <KB 2003-11-09/36, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>

HOOFDSTUK IV. - Algemene bepalingen.
Art.5. (De afdeling dierengezondheid en dierlijke producten van het Directoraat-generaal dier, plant en voeding van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu) is in het bijzonder gelast te waken over de toepassing van de richtlijn 78/1026/E.E.G. <KB 2003-11-09/36, art. 4, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>
  Ter gelegenheid van het overleggen van een afschrift van het diploma, certificaat of titel overeenkomstig artikel 3, § 1 of artikel 4, § 1, worden aan de belanghebbende onder de leiding (van dezelfde afdeling) de nodige inlichtingen met betrekking tot de diergeneeskundige wetgeving en de beroepsethiek verstrekt. <KB 2003-11-09/36, art. 4, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2003>

Art.6. Bij overlegging van een verklaring overeenkomstig artikel 2 of van een diploma, certificaat of titel overeenkomstig artikel 3, § 1 of artikel 4, § 1 moet dit stuk of moeten deze stukken, wanneer ze niet opgesteld zijn in de taal van het gebied waar de belanghebbende zich wenst te vestigen of zijn diensten wenst te verrichten vergezeld zijn van een door een beëdigd vertaler opgemaakte vertaling in het Nederlands, het Frans, of het Duits naargelang het gebied waar hij zijn activiteit zal uitoefenen.

HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.7. Overtreding van de bepalingen van dit besluit wordt gestraft met een gevangenisstraf van een maand tot zes maanden en een geldboete van duizend frank tot vijfduizend frank, of een van die straffen alleen.

Art.8. Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 9. Onze Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.