9 MAART 1981. _ Koninklijk besluit tot oprichting van een Vlaamse Waterzuiveringsmaatschappij en bepaling van haar gebiedsgrenzen en tot wijziging van de gebiedsgrenzen van de Waterzuiveringsmaatschappij van het Kustbekken.
Art. 1-5
Artikel 1. Er is een Vlaamse Waterzuiveringsmaatschappij waarvan het werkingsgebied omvat:1. het grondgebied van de Provincie Antwerpen;2. het grondgebied van de Provincie Limburg;3. het grondgebied van de administratieve arrondissementen Leuven, Halle-Vilvoorde, Aalst, Dendermonde, Oudenaarde, Sint-Niklaas;4. het grondgebied van het administratief arrondissement Gent, met uitzondering van de gemeente Waarschoot;5. het grondgebied van de gemeenten:1° in het administratief arrondissement Eeklo: Zelzate;2° in het administratief arrondissement Tielt: Ruiselede;3° in het administratief arrondissement Kortrijk: Avelgem, Spierre-Helkijn;
Art.2. De Waterzuiveringsmaatschappij van het Kustbekken, opgericht bij artikel 8 van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, heeft als werkingsgebied:1. het grondgebied van de administratieve arrondissementen Brugge, Diksmuide, Ieper, Oostende, Roeselare en Veurne;2. het grondgebied van het administratief arrondissement Tielt, met uitzondering van het grondgebied van de in artikel 1, 5, 2° genoemde gemeente;3. het grondgebied van het administratief arrondissement Kortrijk, met uitzondering van het grondgebied van de in artikel 1, 5, 3° genoemde gemeente;4. het grondgebied van het administratief arrondissement Eeklo, met uitzondering van het grondgebied van de gemeente Zelzate;5. het grondgebied van de gemeente Waarschoot;
Art.3. Wat betreft het Vlaamse Gewest wordt het koninklijk besluit van 26 juli 1972 tot bepaling van de grenzen der waterzuiveringsmaatschappijen opgericht bij artikel 8 van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging opgeheven.
Art.4. Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het decreet van 23 december 1980 houdende aanvulling van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging met bijzondere bepalingen eigen aan het Vlaamse Gewest in werking treedt, met uitzondering van de artikelen 2 en 3 die in werking treden de dag waarop de Vlaamse Waterzuiveringsmaatschappij haar activiteiten aanvangt.
Art. 5. Onze Minister van de Vlaamse Gemeenschap is belast met de uitvoering van dit besluit.