Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

25 APRIL 1979. - KONINKLIJK BESLUIT tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van paritaire subcomités voor het groefbedrijf en tot vaststelling van het aantal leden ervan (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 11-05-1989 en tekstbijwerking tot 21-10-2011)



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:





Artikels:

Artikel 1.<KB 1999-09-20/33, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-10-1999> De hiernavolgende paritaire subcomités, bevoegd voor de werknemers die hoofdzakelijk handarbeid verrichten en hun werkgevers, worden opgericht :
  1. Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de Provincie Henegouwen,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de Provincie Henegouwen;
  2. Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen;
  3. [1 Paritair Subcomité voor de porfiergroeven in de provincies Waals-Brabant en Henegouwen en de kwartsietgroeven in de provincie Waals-Brabant, te weten voor de volgende bedrijfssectors : het bedrijf voor de porfiergroeven in de provincies Waals-Brabant en Henegouwen en de kwartsietgroeven in de provincie Waals-Brabant.]1
  4. Paritair Subcomité voor het bedrijf van de zandsteen- en kwartsietgroeven op het gehele grondgebied van het Rijk, uitgezonderd de kwartsietgroeven van de Provincie Waals-Brabant,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf van de zandsteen- en kwartsietgroeven op het gehele grondgebied van het Rijk, uitgezonderd de kwartsietgroeven van de Provincie Waals-Brabant;
  5. Paritair Subcomité voor het bedrijf der porseleinaarde- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der porseleinaarde- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen;
  6. Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant;
  7. Paritair Subcomité voor het bedrijf der kalksteengroeven, cementfabrieken en kalkovens van het administratief Arrondissement Doornik,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der kalksteengroeven, cementfabrieken en kalkovens van het administratief Arrondissement Doornik, met uitzondering van de cementfabrieken die deel uitmaken van ondernemingen uit het cementbedrijf waarvan de activiteiten en de tewerkstelling hoofdzakelijk buiten het administratief Arrondissement Doornik plaatsgrijpen;
  8. Paritair Subcomité voor het bedrijf der marmergroeven en -zagerijen op het gehele grondgebied van het Rijk,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der marmergroeven en -zagerijen op het gehele grondgebied van het Rijk;
  9. Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk;
  10. Paritair Subcomité voor de terugwinning van steenstort,
  te weten voor :
  de terugwinning van steenstort op het gehele grondgebied van het Rijk, met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder een ander Paritair Comité dan het aanvullend Paritair Comité voor de werklieden;
  11. Paritair Subcomité voor het bedrijf der leisteengroeven, coticulegroeven en groeven van slijpsteen voor scheermessen in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen,
  te weten voor de volgende bedrijfssectors :
  het bedrijf der leisteengroeven, coticulegroeven en groeven van slijpsteen voor scheermessen in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen.
  ----------
  (1)<KB 2011-10-04/04, art. 1, 012; Inwerkingtreding : 31-10-2011>

Art.2.<KB 1999-09-20/33, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 01-10-1999> Het aantal leden van de hierna opgesomde paritaire subcomités wordt als volgt vastgesteld :
  1. het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de Provincie Henegouwen bestaat uit tien gewone en tien plaatsvervangende leden;
  2. het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen bestaat uit zes gewone en zes plaatsvervangende leden;
  3. [1 Het Paritair Subcomité voor de porfiergroeven in de provincies Waals-Brabant en Henegouwen en de kwartsietgroeven in de provincie Waals-Brabant bestaat uit tien gewone en tien plaatsvervangende leden.]1
  4. (het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de zandsteen- en kwartsietgroeven op het gehele grondgebied van het Rijk, uitgezonderd de kwartsietgroeven van de provincie Waals-Brabant bestaat uit acht gewone en acht plaatsvervangende leden); <KB 2002-11-14/52, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 28-05-2003>
  5. (Het Paritair Subcomité voor het bedrijf der porseleinaarde- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen bestaat uit vier gewone en vier plaatsvervangende leden.) <KB 2006-02-01/32, art. 1, 009 ; Inwerkingtreding : 22-01-2007; zie B.S. 22-01-2007, p. 2640>
  6. het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant bestaat uit twaalf gewone en twaalf plaatsvervangende leden;
  7. het Paritair Subcomité voor het bedrijf der kalksteengroeven, cementfabrieken en kalkovens van het administratief Arrondissement Doornik bestaat uit tien gewone en tien plaatsvervangende leden;
  8. (Het Paritair Subcomité voor het bedrijf der marmergroeven en -zagerijen op het gehele grondgebied van het Rijk bestaat uit acht gewone en acht plaatsvervangende leden;) <KB 2006-09-15/63, art. 1, 010; Inwerkingtreding : 25-07-2007>
  9. het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk bestaat uit zestien gewone en zestien plaatsvervangende leden;
  10. het Paritair Subcomité voor de terugwinning van steenstort bestaat uit acht gewone en acht plaatsvervangende leden;
  11. (Het Paritair Subcomité voor het bedrijf der leisteengroeven, coticulegroeven en groeven van slijpsteen voor scheermessen in de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen bestaat uit acht gewone en acht plaatsvervangende leden.) <KB 2004-04-12/31, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2004 ; zie B.S. 15-12-2004, p. 84497>
  ----------
  (1)<KB 2011-10-04/04, art. 2, 012; Inwerkingtreding : 31-10-2011>

Art.3. De in de in artikel 1 van dit besluit bedoelde paritaire subcomités gesloten collectieve arbeidsovereenkomsten moeten niet door het Paritair Comité voor het groefbedrijf worden goedgekeurd.

Art.4. <Opheffingsbepaling>

Art. 5. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.