Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

12 MEI 1978. - Koninklijk besluit houdende het geldelijk statuut van de gewetensbezwaarden in dienst bij publiekrechtelijke of privaatrechtelijke instellingen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-09-1990 en tekstbijwerking tot 13-12-2013)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Soldij.
Art. 2-4
HOOFDSTUK III. - Voeding en vervoer bij verlof of vergunning.
Art. 5-6
HOOFDSTUK IV. - Andere toelagen.
Art. 7-8
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 9-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2013024426 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit, verstaat men onder "instellingen" : de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke instellingen bedoeld in artikel 19 van de wet van 3 juni 1964 houdende het statuut van de gewetensbezwaarden.

HOOFDSTUK II. - Soldij.
Art.2.<KB 1990-09-06/34, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-04-1990> Genieten soldij :
  1° de gewetensbezwaarden die zich naar [1 het Bestuur van de medische expertise]1 of naar de verplegingsinrichtingen door de Koning aangewezen begeven om er gekeurd te worden;
  2° de gewetensbezwaarden die hun diensttijd volbrengen bij instellingen;
  3° de gewetensbezwaarden die huiswaarts worden gezonden in afwachting dat zij worden overgeplaatst;
  4° de gewetensbezwaarden die in dienst worden gehouden of terug in dienst worden geroepen.
  De gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen worden voor de vaststelling van de dagelijkse bedragen van de soldij geacht een graad te bekleden die gelijkwaardig is met de graad van soldaat, die wordt verleend aan de dienstplichtigen die ingedeeld zijn bij de Krijgsmacht.
  ----------
  (1)<KB 2013-12-01/08, art. 34, 003; Inwerkingtreding : 23-12-2013>

Art.3. <KB 1990-09-06/34, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-04-1990> De bedragen van de soldij en van de soldijbijslag tijdens de wederoproeping zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01 en ze worden aangepast aan de schommelingen van dit indexcijfer overeenkomstig de regels bepaald bij de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld.
  De bedragen, onderscheidenlijk vastgesteld onder B en C van tabel I, onder reeks 3 van tabel II en onder categorie B van tabel III, gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 augustus 1985 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van de Krijgsmacht dat een soldij geniet, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juni 1987 en 19 maart 1990, gelden voor de soldij van de gewetensbezwaarden.

Art.4. <KB 1990-09-06/34, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-04-1990> Artikel 3, §§ 1 tot 3 en § 4, 1° en 3°, en artikelen 5, 8 en 9 van het koninklijk besluit van 19 augustus 1985 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van de Krijgsmacht dat een soldij geniet, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juni 1987 en 19 maart 1990, zijn van toepassing op de gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen.

HOOFDSTUK III. - Voeding en vervoer bij verlof of vergunning.
Art.5. § 1. De instellingen moeten voorzien in de voeding van van de gewetensbezwaarden die bij hen in dienst zijn en soldij genieten.
  Die verplichting houdt op wanneer de gewetensbezwaarde een achterstallige soldij ontvangt voor een periode waarin hij zich in voorlopige hechtenis bevond.
  § 2. Onder de voorwaarden bepaald door de Minister van Binnenlandse Zaken, verleent de Staat een tegemoetkoming in de kosten van voeding van de gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen.

Art.6. Onder gelijkaardige voorwaarden als die vastgesteld voor het vervoer van de gewetensbezwaarden in dienst bij de civiele bescherming moet de Staat voorzien in het vervoer van de gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen.

HOOFDSTUK IV. - Andere toelagen.
Art.7. Een maandelijkse vaste toelage ter bestrijding van diverse uitgaven welke de Staat niet ten laste neemt, wordt toegekend aan de gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen. Bedrag en modaliteiten van betaling van die vergoeding worden vastgesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken.

Art.8. Aan gewetensbezwaarden in dienst bij instellingen kunnen speciale toelagen worden toegekend om het hoofd te bieden aan sommige bijzondere toestanden.
  Met dat doel wordt jaarlijks een krediet op de begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken uitgetrokken. Bedrag, periodiciteit, voorwaarden van toekenning en modaliteiten van betaling van die vergoeding worden vastgesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken.

HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.9. De artikelen 2 tot 6 van dit besluit hebben uitwerking met ingang van 23 augustus 1975.
  De artikelen 7 en 8 van dit besluit hebben uitwerking met ingang van 1 maart 1978.

Art. 10. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.