Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

1 MAART 1977. - KONINKLIJK BESLUIT betreffende de toekenning van een vergoeding voor sociale promotie aan sommige [weddetrekkende militairen] <gewijzigd door KB 1999-11-22/39, art. 11> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-04-1991 en tekstbijwerking tot 01-03-2016)



Inhoudstafel:


Art. 1-10
Bijlage.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1999007264  2006007091  2016007049 



Artikels:

Artikel 1. § 1. (Dit besluit is van toepassing op de weddetrekkende militairen, met uitzondering van de militairen met onbepaald verlof die wederoproepingen of trainingsprestaties van korte duur verrichten.) <KB 1999-11-22/39, art. 11, 2°, 003; Inwerkingtreding : 01-01-1999>
  § 2. De begunstigde van dit besluit wordt hierna "de militair" genoemd.

Art.2. § 1. Een vergoeding voor sociale promotie wordt verleend aan de bij artikel 1 bedoelde militairen die een studiegetuigschrift, een brevet of een diploma kunnen voorleggen, waaruit blijkt dat zij met goed gevolg een volledige cyclus van de in § 2 aangeduide leergangen hebben beëindigd.
  § 2. Worden in aanmerking genomen de leergangen bepaald bij artikel 1, §§ 2 en 3, van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de voorwaarden van toekenning van een vergoeding voor sociale promotie aan de werknemers die met goed gevolg, in een inrichting van de Staat of in een gesubsidieerde of erkende inrichting, een volledige tot het avond- of zondagonderwijs behorende cyclus van leergangen hebben beëindigd, waardoor zij hun beroepskwalificatie kunnen verhogen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 april 1965, 25 april 1967, 5 februari 1968, 18 april 1969 en 9 juli 1969.

Art.3. Het bedrag van de vergoeding wordt vastgesteld op (14,74 EUR) per jaar van de normale cyclus, met een maximumbedrag van (73,68 EUR). <KB 2006-02-22/41, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-04-2006>
  (De in dit artikel bedoelde bedragen worden gekoppeld aan de mobiliteitsregeling toepasselijk op de wedden van het personeel der ministeries. Ze worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.) <KB 2006-02-22/41, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-04-2006>

Art.4. De vergoeding, waarvan sprake in artikel 3 mag niet worden gecumuleerd met een bezoldiging die door de Staat wordt verleend op grond van andere bepalingen en voor hetzelfde onderwijs.
  In voorkomend geval komt de militair in aanmerking voor de gunstigste regeling.

Art.5.Om de uitbetaling te bekomen van de vergoeding bedoeld bij artikel 2, richt de aanvrager, in de vorm van een aangifte van schuldvordering en in drievoudig exemplaar, een schriftelijke aanvraag tot de Minister van [1 Defensie]1, uiterlijk binnen honderdtachtig dagen na de dag waarop het getuigschrift, brevet of diploma hem is ter hand gesteld.
  In het geval bedoeld bij artikel 1, § 3, laatste lid, van voormeld koninklijk besluit van 20 juli 1964, dient de aanvrager zijn aanvraag in te dienen uiterlijk binnen honderdtachtig dagen na de dag waarop het laatste eindestudiegetuigschrift, brevet of diploma hem is ter hand gesteld.
  Deze aanvraag stemt overeen met het model dat voorkomt in bijlage.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 30, 005; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.6.Voor de eindestudiegetuigschriften, brevetten of diploma's die bij het einde van de schooljaren 1969-1970, 1970-1971, 1971-1972, 1972-1973, 1973-1974, 1974-1975 en 1975-1976 bekomen werden, stelt de Minister van [1 Defensie]1 de uiterste datum vast voor het indienen van de aanvragen.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 30, 005; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.7. De bij artikel 5 bedoelde aanvraag moet vergezeld zijn van een voor eensluidend verklaard afschrift van het getuigschrift, het brevet of het diploma waaruit moet blijken dat de militair met goed gevolg, in een inrichting van de Staat of in een gesubsidieerde of erkende inrichting, een volledige cyclus van leergangen heeft beëindigd bedoeld bij artikel 2, § 2.

Art.8. Voor de toepassing van dit besluit komen niet in aanmerking de eindestudiegetuigschriften, brevetten of diploma's die voor het einde van het schooljaar 1969-1970 bekomen werden.

Art.9. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art.10. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.

Bijlage.
Art. N. Model. <Niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 19-04-1977, p. 4992>