28 JANUARI 1977. - Decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 17-12-2002 en tekstbijwerking tot 04-08-2021)
HOOFDSTUK I. - Algemene beginselen.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Koninklijke Vlaamse Commissie van advies voor plaatsnaamgeving.
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Voorschriften betreffende het vaststellen en het wijzigen van de naam van de openbare wegen en pleinen.
Art. 4, 4/1, 5-6
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen.
Art. 7-10
HOOFDSTUK I. - Algemene beginselen.
Artikel 1. Alleen de gemeenteraad is bevoegd om de naam van openbare wegen en pleinen vast te stellen of te wijzigen.
Art.2. § 1. Bij het vaststellen van de naam van openbare wegen en pleinen of het wijzigen van deze naam wordt bij voorkeur geput uit gegevens van de plaatselijke geschiedenis, het kunst- en cultuurleven, de toponymie en de volkskunde.
§ 2. De naam van een nog levende persoon mag niet worden gebruikt.
In aanmerking komen enkel de namen van uit historisch, wetenschappelijk of algemeen-maatschappelijk oogpunt belangrijke figuren.
Hierbij wordt de voorkeur gegeven aan figuren die voor de gemeente of voor de onmiddellijke omgeving van betekenis zijn geweest.
(§ 3. De naam van een lid van de koninklijke familie, overleden of nog in leven, mag enkel worden gebruikt, indien daartoe vooraf instemming van de Regering werd verkregen.) <DVR 1987-07-01, art. 2; BS 01-09-1987>
HOOFDSTUK II. - Koninklijke Vlaamse Commissie van advies voor plaatsnaamgeving.
Art.3. <DVR 1987-07-01, art. 3; BS 01-09-1987> Er is een Koninklijke Commissie van Advies voor Plaatsnaamgeving. Zij heeft tot taak de gemeentebesturen van advies te dienen inzake het vaststellen of wijzigen van namen van openbare wegen en pleinen.
(De Koninklijke Vlaamse Commissie bestaat uit een centrale commissie. De Vlaamse regering kan ook provinciale commissies oprichten. De Vlaamse regering bepaalt de samenstelling en de werking van de commissies.) <DVR 2002-11-29/34, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 27-12-2002>
HOOFDSTUK III. - Voorschriften betreffende het vaststellen en het wijzigen van de naam van de openbare wegen en pleinen.
Art.4. Het gemeentebestuur dat de namen van wegen en pleinen wil wijzigen :
1° deelt, met opgave van redenen, dit voornemen schriftelijk mee aan al de personen die, hetzij langs de bedoelde wegen en pleinen wonen en kiesgerechtigd zijn in de gemeente, hetzij eigenaar zijn van erven gelegen langs de bedoelde wegen en pleinen en een in België bekende woonplaats hebben. Deze personen kunnen binnen 30 dagen hun eventuele opmerkingen en bezwaren schriftelijk bij het betrokken gemeentebestuur indienen. (Uitzondering wordt gemaakt voor het verbeteren van taal- en spelfouten, waarbij een eenvoudig advies van de provinciale commissie voor plaatsnaamgeving volstaat om bedoelde aanpassing uit te voeren;) <DVR 1997-02-04/34, art. 2; Inwerkingtreding : 25-02-1997>
(2° vraagt advies aan de gemeentelijke raad voor cultuur en culturele vrijetijdsbesteding. Deze raad deelt schriftelijk binnen 30 dagen zijn advies aan het gemeentebestuur mee. Het gemeentebestuur kan advies vragen aan de Koninklijke Commissie voor Advies voor Plaatsnaamgeving. Deze commissie deelt binnen 30 dagen schriftelijk zijn advies mee aan het gemeentebestuur. Bij ontstentenis van een binnen de voorgeschreven termijn overgezonden advies wordt dit als gunstig beschouwd;) <DVR 2002-11-29/34, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 27-12-2002>
3° maakt dit voornemen door openbare aanplakking bekend, waarna eventuele opmerkingen en bezwaren schriftelijk binnen 30 dagen bij het gemeentebestuur kunnen worden ingediend.
De in 1°, 2° en 3° van dit artikel vermelde procedure moet gelijktijdig verlopen.
Het gemeentebestuur bepaalt in de mededeling bedoeld in 1°, (in de vragen om advies bedoeld in 2°), en in de aangepakte bekendmaking bedoeld in 3°, de datum waarop de termijn van 30 dagen begint te lopen. <DVR 2002-11-29/34, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 27-12-2002>
Bij het verstrijken van de vastgestelde termijn sluit het gemeentebestuur een proces-verbaal af waarin de ingediende opmerkingen en bezwaren worden opgenomen.
Art.4/1. [1 In afwijking van artikel 4 kunnen gemeenten die met toepassing van artikel 347 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur hebben beslist over het gezamenlijke voorstel tot samenvoeging, de namen van wegen en pleinen wijzigen als aan al de volgende voorwaarden is voldaan:
1° de naamswijziging is noodzakelijk omwille van de samenvoeging van gemeenten;
2° de gemeenten volgen een participatief traject dat minimaal bestaat uit een persoonlijke brief naar de personen die hetzij aan de wegen en pleinen in kwestie wonen en kiesgerechtigd zijn in de gemeente, hetzij eigenaar zijn van erven naast de wegen en pleinen in kwestie en een in België bekende woonplaats hebben.
De brief, vermeld in het eerste lid, 2°, vermeldt minstens de mogelijkheid, de wijze waarop en de termijn waarbinnen de personen, vermeld in het eerste lid, 2°, hun eventuele opmerkingen en bezwaren kunnen indienen bij het betrokken gemeentebestuur.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2021-07-16/11, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 14-08-2021>
Art.5. Bij het vaststellen van de naam van nieuwe wegen en pleinen zijn de regels bepaald in 2° en 3 ° van artikel 4 van toepassing.
Art.6. (Opgeheven) <DVR 2002-11-29/34, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 27-12-2002>
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen.
Art.7. Indien in de naam van openbare wegen of pleinen gebruik werd gemaakt van een eigennaam, bevatten de naamborden een beknopte toelichting van de gekozen benaming.
Art.8. (Opgeheven) <DVR 2002-11-29/34, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 27-12-2002>
Art.9. (De (Vlaamse regering) bepaalt de modaliteiten ter uitvoering van dit decreet.).<DVR 1987-07-01, art. 4; BS 01-09-1987>
Art. 10. Dit decreet treedt in werking 3 maanden na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.