Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

2 JANUARI 1976. - Ministerieel besluit genomen ter uitvoering van artikel 28 van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's en hun aanhangwagens moeten voldoen.



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. <MB 19-12-1978, art. 1> Zijn onderworpen aan de bepalingen van dit besluit, de auto's die onder dekking van een Belgische inschrijvingsplaat rijden alsmede de Belgische aanhangwagens die erdoor getrokken worden, met uitzondering evenwel van de landbouwvoertuigen voor traag vervoer en de aanhangwagens ervan.

Art.2. § 1. Bij toepassing van artikel 28, § 2 van voornoemd koninklijk besluit van 15 maart 1968, moeten de auto's en hun aanhangwagens uitgerust zijn met één of twee achtermistlichten, goedgekeurd overeenkomstig de beschikkingen voorzien bij koninklijk besluit van 6 maart 1975 betreffende de goedkeuringseisen waaraan de achtermistlichten voor de motorvoertuigen en hun aanhangwagens moeten voldoen.
  § 2. De door § 1 opgelegde verplichting neemt een aanvang :
  (a) op 1 januari 1979 voor de voertuigen die ingeschreven zijn onder een alleen voor het Ministerie van Landsverdediging bestemd bijzonder plaatnummer en de aanhangwagens ervan.) <MB 19-12-1978, art. 2>
  b) voor alle andere voertuigen :
  (1° op 1 februari 1976 voor de auto's die niet van oorsprong uit aan de achterkant uitgerust zijn met een stel gegroepeerde lichten waaronder een achtermistlicht en die van die datum af voor het eerst in dienst worden gesteld zomede voor de erdoor getrokken aanhangwagens;
  op 1 juli 1976 voor de auto's die van oorsprong uit aan de achterkant uitgerust zijn met een stel gegroepeerde lichten waaronder een achtermistlicht en die van die datum af voor het eerst in dienst worden gesteld zomede voor de erdoor getrokken aanhangwagens.) <MB 10-03-1976, art. 1>
  2° voor de auto's die voor 1 februari 1976 in dienst zijn gesteld en op diezelfde datum niet uitgerust zijn met één of twee achtermistlichten :
  - op 1 juli 1976 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden na 31 december 1974;
  - op 1 oktober 1976 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 juli 1973 en 31 december 1974;
  - op 1 januari 1977 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 januari 1972 en 30 juni 1973;
  - op 1 april 1977 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 juli 1970 en 31 december 1971;
  - op 1 juli 1977 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 januari 1969 en 30 juni 1970;
  - op 1 oktober 1977 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 januari 1967 en 31 december 1968;
  - op 1 januari 1978 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden tussen 1 januari 1964 en 31 december 1966;
  - op 1 april 1978 voor die welke voor het eerst in dienst gesteld werden voor 1 januari 1964;
  - op 1 juli 1985 voor die welke voor 1 december 1975 uitgerust werden met één of twee achtermistlichten, niet goedgekeurd overeenkomstig de bij koninklijk besluit van 6 maart 1975 voorziene beschikkingen.

Art.3. Wanneer een auto uitgerust is met één of twee achtermistlichten, moet elke aanhangwagen die door dat voertuig getrokken wordt insgelijks uitgerust zijn met minstens één achtermistlicht.

Art. 4. Dit besluit treedt in werking op 1 februari 1976.