Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

21 MAART 1975. - Koninklijk besluit betreffende de terugwinning van delfstoffen uit steenbergen.



Inhoudstafel:


Art. 1-6
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

 



Artikels:

Artikel 1. Met het oog op de bevoorrading van het land en van de verbruikers in energieprodukten, wordt de ontginning van de op bijgaande lijst vermelde steenbergen toegestaan.
  Voor de toepassing van dit besluit wordt onder steenberg verstaan iedere tijdelijke of vaste opslagplaats van delfstoffen voortkomend van de activiteit van de steenkoolmijnen en onder aanhorigheden van de steenberg, onder meer de verschillende werkplaatsen en de installaties die voor de ontginning van de steenberg nodig zijn.

Art.2. De algemene maatregelen om de produktie, de fabricage, de bereiding, het in bezit houden, de verwerking, het gebruik, de verdeling, de aankoop, de verkoop, het te koop aanbieden, de levering en het vervoer van de delfstoffen voortkomend van de ontginning van steenbergen te reglementeren, te controleren en/of te organiseren worden bepaald door de Minister tot wiens bevoegdheid de mijnen behoren. Deze kan de produkten en stoffen tegen betaling opeisen of doen opeisen, om ze ter beschikking te stellen hetzij van de Staat, hetzij van de openbare besturen of diensten, hetzij van private personen of private inrichtingen en aan de personen die aan deze opeisingen zijn onderworpen, tegen bezoldiging alle verplichtingen opleggen die voor de tenuitvoerlegging ervan nuttig zijn.

Art.3. De bijzondere technische maatregelen om de produktie, de fabricage, de bereiding, het in bezit houden, de verwerking en het vervoer van de delfstoffen voortkomend van de ontginning van elk van de steenbergen en aanhorigheden in het bijzonder, te reglementeren, te controleren en/of te organiseren, worden bepaald door de Minister tot wiens bevoegdheid de mijnen behoren, nadat het advies van het college of de colleges van burgemeester en schepenen die bij de ontginning van de steenberg betrokken zijn, werd ingewonnen.
  De maatregelen die bestemd zijn om de steenberg nieuwe vorm te geven, om het terrein aan te leggen en het terug in goede staat te brengen worden bepaald door de Minister tot wiens bevoegdheid de ruimtelijke ordening behoort, nadat het advies van het college of de colleges van burgemeester en schepenen die bij de ontginning van de steenberg betrokken zijn werd ingewonnen.

Art.4. Het toezicht op de ontginningen en de aanhorigheden zal worden uitgeoefend door de burgemeesters en de mijningenieurs.
  De burgemeester dient er op toe te zien dat de exploitatievoorwaarden worden nageleefd.
  De mijningenieur heeft vrije toegang tot het bedrijf en de aanhorigheden. Het bedrijfshoofd houdt de officiële plannen van de installaties en de tekst van de besluiten waarbij de exploitatie ervan geregeld wordt, te zijner beschikking.
  Zo een gevaar de veiligheid of de gezondheid van het personeel of van de geburen bedreigt en zo het bedrijfshoofd weigert in te gaan op de onderrichtingen van de mijningenieur, dan beveelt de burgemeester, op verslag van laatstgenoemde, de arbeid stop te zetten, verzegelt hij de toestellen en gaat desnoods onmiddellijk over tot het voorlopig sluiten van de inrichting. Dezelfde machten worden aan de mijningenieur toegekend zo de burgemeester niet handelend optreedt of wanneer het gevaar aldus dreigt dat de minste vertraging een ongeval kan verwekken.
  Het betrokken bedrijfshoofd mag beroep aantekenen bij de Minister tot wiens bevoegdheid de mijnen behoren. Het beroep schort de getroffen maatregel niet op.

Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art.6. Onze Minister van Economische Zaken, Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid en van Waalse Aangelegenheden, en daarenboven belast met de Ruimtelijke Ordening en de Huisvesting voor het Waalse gewest, Onze Minister van Nederlandse Cultuur en van Vlaamse Aangelegenheden, Onze Staatssecretaris voor Streekeconomie en voor Ruimtelijke Ordening en Huisvesting, toegevoegd aan de Minister van Vlaamse Aangelegenheden, Onze Staatssecretaris, toegevoegd aan de Minister van Economische Zaken, Onze Staatssecretaris voor Streekeconomie, toegevoegd aan de Minister van Waalse Aangelegenheden worden, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGE.
Art. N. Lijst van de steenbergen waarvan de ontginning wordt toegestaan.
  - Steenberg, nr. 6, Sainte-Catherine, te Bernissart.
  - Steenberg, nr. 17, Saint-Antoine-Vedette te Boussu.
  - Steenberg du Site nr. 15 te Elouges.
  - Steenberg nr. 1, Machine à feu te Dour.
  - Steenberg van de schacht nr. 19 des Produits " Fosse du Bois " te Jemappes en Bergen.
  - Steenberg Saint-Emmanuel 2, te Houdeng-Aimeries.
  - Steenberg van de zetel nr. 2 te Fontaine-l'Evêque.
  - Steenberg Saint-Joseph te Mont-sur-Marchienne.
  - Steenberg de Naye à Bois te Roux.
  - Steenberg des Piges te Dampremy.
  - Steenberg Sainte-Pauline te Farciennes.
  - Steenberg du Boubier, nr. 1 te Châtelet.
  - Steenberg de Gosson nr. 1 te Montegnée.
  - Steenberg de Bernalmont te Vottem en Herstal.
  - Steenberg Belle-Vue te Herstal.
  - Steenberg du Site nr. 20 te Micheroux.