3 JANUARI 1975. - Koninklijk besluit betreffende voedingswaren en -stoffen die gelden als schadelijk verklaard(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 21-03-2019 en tekstbijwerking tot 21-03-2019)
Art. 1-6
1999022806 1999022811 1999022812 1999022815 1999022862 1999022863 1999022864 2019040766
Artikel 1.Voor de toepassing van artikel 13 van de wet van 20 juni 1964 betreffende het toezicht op voedingswaren of -stoffen en andere produkten gelden als schadelijk verklaard, onverminderd de van kracht zijnde beschikkingen betreffende sommige voedingswaren of -stoffen :
1° de voedingswaren of -stoffen :a) bereid uit grondstoffen welke ongeschikt voor de menselijke voeding zijn;b) waarvan geur of smaak op ontaarding of op besmetting wijzen;c) beschimmeld, gegist of op enige andere wijze bedorven, behalve wanneer het voedingswaren of -stoffen betreft waarvan de beschimmelde of gegiste toestand eigen is aan de waar en voortvloeit uit een normaal fabricage- of bereidingsprocédé;d) bevattende pathogene microörganismen of toxines van microbiële oorsprong;e) bevattende andere stoffen in hoeveelheden die toxisch of schadelijk zijn;f) bevattende verontreinigingen van dierlijke aard of oorsprong of andere vreemde lichamen;g) bevattende een niet toegelaten toevoegsel dan wel een te hoog gehalte van een toegelaten toevoegsel;
2° de voedingswaren of -stoffen :a) [1 waarvoor de uiterste consumptiedatum op de etikettering afwezig, overschreden of gewijzigd is]1;b) waarvoor bewaarvoorwaarden in een reglement voorzien zijn zonder dat aan deze bewaarvoorwaarden voldaan wordt;[1 c) waarvoor de bijzondere geldende bewaarvoorschriften en/of gebruiksvoorwaarden afwezig zijn in de etikettering;]1
(3° voedingsmiddelen vervat in metalen recipiënten :a) wanneer het blik geroest is of lekken vertoont;b) wanneer het blik door deuken of andere defecten op dusdanige wijze beschadigd is dat het doordringbaar kan worden voor gassen, vloeistoffen of micro-organismen;c) wanneer de vlakke wanden van het blik bol staan.) <KB 1982-03-15, art. 1>
----------
(1)<KB 2019-02-03/17, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 31-03-2019>
Art.2. Het is verboden de in artikel 1 bedoelde waren te verkopen, te koop te stellen, voor de verkoop of de levering in te voeren, te bereiden, voorhanden te houden of te vervoeren alsmede onder al dan niet bezwarende titel over te dragen.
Art.3. De in artikel 1 bedoelde waren kunnen het voorwerp uitmaken van inbeslagneming en kunnen buiten gebruik gesteld worden voor de menselijke voeding overeenkomstig de beschikkingen van artikel 13 van de wet van 20 juni 1964 betreffende het toezicht op voedingswaren of -stoffen en andere produkten.
Art.4. Overtredingen van de beschikkingen van dit besluit worden gestraft met de straffen voorzien in de wet van 20 juni 1964 betreffende het toezicht op voedingswaren of -stoffen en andere produkten.
Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 6. Onze Minister van Volksgezondheid en van het Gezin is belast met de uitvoering van dit besluit.