21 JUNI 1967. _ Koninklijk besluit tot wijziging van de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij en tot vaststelling van het percentage van een inhouding op de vakantiegelden uitgekeerd door de Compensatiedienst voor betaald verlof der zeelieden.
Art. 1-6
Art.1. <Wijzigingsbepaling>
Art.2. <Wijzigingsbepaling>
Art.3. <Wijzigingsbepaling>
Art.4. Op het volledig bedrag van het gewoon en het aanvullend vakantiegeld uitgekeerd door de Compensatiedienst voor betaald verlof der zeelieden wordt 1 t.h. ingehouden.(De opbrengst van deze inhouding is bestemd voor de financiering van de helft van het vakantiegeld voor de gelijkgestelde dagen bedoeld in artikel 16, 4° tot 6°, van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders, en voor de financiering van het vakantiegeld voor de gelijkgestelde dagen bedoeld in 14° van hetzelfde artikel.) <KB 22-10-1977, art. 1>
Art.5. De artikelen 1, 2 en 3 hebben uitwerking met ingang van 1 januari 1967.
Artikel 4 zal voor het eerst van toepassing zijn op de vakantiegelden te betalen in 1967.
Art. 6. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.