Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 OKTOBER 1965. - Koninklijk besluit tot opheffing van artikel 51 van het koninklijk besluit van 24 oktober 1936 houdende wijziging en samenordening van de statuten van de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden onder Belgische vlag.



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. <Opheffingsbepaling>

Art.2. De aangeslotenen of gewezen aangeslotenen bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden onder Belgische vlag, die vóór de inwerkingtreding van dit besluit vrijwillig aan de kas aanvullende bijdragen betaalden mogen deze verder betalen.
  De aldus gestorte sommen zijn bestemd voor toekenning van :
  1° een aanvullend rustpensioen ten bate van de aangeslotene op het moment dat hij rustpensioen geniet;
  2° een aanvullend overlevingspensioen ten bate van de weduwe van de aangeslotene. Dat pensioen wordt haar uitgekeerd, zelfs zo zij het eigenlijke overlevingspensioen niet kan genieten.
  Ingeval een aangeslotene, die aanvullende stortingen heeft verricht overlijdt zonder een op aanvullend overlevingspensioen rechthebbende weduwe achter te laten, wordt een vergoeding uitgekeerd aan de door hem aangewezen gerechtigden. Heeft hij geen gerechtigden aangewezen, dan wordt de vergoeding uitgekeerd aan de wettige erfgenamen tot en met de tweede graad.
  Het aanvullend rustpensioen, het aanvullend overlevingspensioen en de vergoeding, waarvan sprake in dit artikel, worden berekend volgens door de Minister van Sociale Voorzorg goedgekeurde tarieven.

Art.3. De aangeslotenen of de gewezen aangeslotenen die nog niet in het genot getreden zijn van hun aanvullend rustpensioen, kunnen de terugbetaling vragen van de gestorte aanvullende bijdragen. Deze terug te betalen bijdragen worden verhoogd met de opbrengst van een enkelvoudige interest van 5 pct. 's jaars, berekend over de periode die loopt vanaf de ontvangstdatum van iedere storting tot de aanvraag van de terugbetaling.

Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 5. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.