15 DECEMBER 1964. - Koninklijk besluit tot vaststelling voor sommige ondernemingen die onder het Nationaal Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst schorst.
Art. 1-8
Artikel 1. Dit besluit is toepasselijk op de werkgevers en de werklieden die onder het Nationaal Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers vallen, van de volgende ondernemingen en afdelingen :
ondernemingen en afdelingen van afwerking tegen maakloon en voor eigen rekening (drukken, appreteren en verven);
kaardwolspinnerijen;
afdelingen voor wolsortering welke van de wolwasserijen en -kammerijen deel uitmaken.
Art.2. Bij volledig of gedeeltelijk gebrek aan werk wegens economische oorzaken mag de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst worden vanaf de eerste arbeidsdag die op deze van de bekendmaking volgt.
Art.3. De in artikel 2 bedoelde kennisgeving geschiedt hetzij door aanplakking van een bericht op een goed zichtbare plaats in de lokalen van de onderneming, hetzij door overhandiging van een geschrift aan ieder werkloos gestelde werkman.
Deze kennisgeving moet naar gelang van het geval vermelden hetzij de naam en voornamen van de werkloos gestelde werklieden en de gemeente van hun gewone verblijfplaats, hetzij de afdelingen of secties van de onderneming, hetzij de beroepscategorieën waarvan de bedrijvigheid zal worden geschorst of beperkt. Daarenboven moet de kennisgeving de duur van de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst vermelden.
Voor de toepassing van artikel 2, wordt als arbeidsdag beschouwd, iedere kalenderdag tijdens welke, krachtens de in de onderneming toegepaste uurregeling, arbeid verricht wordt.
Art.4. De regeling van gedeeltelijke arbeid mag zonder beperking van duur worden ingevoerd, indien zij ten minste drie arbeidsdagen per week of één arbeidsweek per twee weken omvat. In het tegenovergestelde geval wordt deze duur tot maximum drie maanden beperkt.
In geval van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst wordt de duur van de schorsing tot maximum vier weken beperkt.
Art.5. Het minimum- en maximumaantal werkloosheidsdagen, die de grenzen vormen waarin de werkgever de arbeid kan organiseren, wordt als volgt vastgesteld :
indien het een wekelijkse regeling betreft : een en vier;
indien het een tweewekelijkse regeling betreft : een en negen.
(indien het een driewekelijkse regeling betreft : één en veertien;
indien het een vierwekelijkse regeling betreft : één en negentien;
indien het een arbeidsregeling met twee opeenvolgende ploegen betreft, worden de maximum aantallen respectievelijk met één, twee, drie en vier dagen verhoogd.) <KB 30-6-1967, art. 1>
Art.6. Een afschrift van de in artikel 3, eerste lid, beoogde kennisgeving, moet naar het gewestelijk bureau van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening van de plaats waar de onderneming is gevestigd, worden gezonden of er aan overhandigd uiterlijk de eerste arbeidsdag volgende op die van de aanplakking of van de individuele kennisgeving.
Art.7. <KB 27-10-1966, art. 1> Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 1964.
Art. 8. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid wordt met de uitvoering van dit besluit belast.