27 JULI 1961. - Ministerieel besluit tot vaststelling der controlemaatregelen bij de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten. <NOTA : Dit besluit wordt, in zover het tuinbouwprodukten en aardappelen betreft, opgeheven bij KB 1991-08-12/38, art,15, § 2, 1°; Inwerkingtreding : 21-10-1991>
Art. 1-6, 6bis, 7-9
Artikel 1. De controle bij de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten, onderworpen aan een reglementering betreffende de uitvoer, genomen krachtens het koninklijk besluit van 27 juni 1939, wordt door de Nationale Dienst voor Afzet van Land- en Tuinbouwprodukten of door de Nationale Zuiveldienst, in zoverre zij door hogerbedoelde reglementeringen daartoe belast worden, uitsluitend verricht in de volgende controleposten :
a) voor de uitvoer langs de weg :
Oost-Vlaanderen : Strobrugge (Maldegem); Paal (Kemzeke).
Antwerpen : Putte (Kapellen); Essen (dorp); Wuustwezel; Poppel.
Limburg : Lommel; Kessenich; Veldwezelt; Vroenhoven.
Luik : Moelingen; Hauset; Tulje (Neu-Moresnet); Kalterherberg (station) (Elsenborn).
West-Vlaanderen : Schapenbrug (Westkapelle); Adinkerke; Abele (Poperinge); De Barakken (Menen); Risquons-Tout (Moeskroen); Herseaux.
Henegouwen : Hertain; Bléharies (station); Quiévrain (dorp); Bois-Bourdon (Havay); Erquelinnes.
Namen : Brûly; Heer-Agimont (Meuse).
Luxemburg : Beaubru (Bouillon); Aubange; Rosenberg (Autelbas); Bras (Wardin); Longvilly.
b) voor de uitvoer per spoor : op de plaats van lading;
c) voor de uitvoer per zeeschip : op de plaats van inscheping; in de havens van : Antwerpen, Brussel, Gent, Nieuwpoort, Oostende, Brugge, Zeebrugge en Zelzate.
d) voor de uitvoer per binnenschip : op de plaats van inscheping;
e) voor de uitvoer per vliegtuig;
Antwerpen (Deurne), Brussel (Melsbroek); Gent (Sint-Denijs-Westrem); Luik (Bierset); Oostende (Middelkerke).
De Minister van Landbouw kan de controle toelaten op andere door hem te bepalen plaatsen in het binnenland.
Art.2. De uitvoerders moeten minstens vierentwintig uur vooruit de controle aanvragen bij de bevoegde dienst die controlepersoneel ter plaatse stuurt.
De controleverrichtingen gebeuren niet vóór 8 uur en niet na 18 uur, en alleszins slechts bij daglicht. Afwijkingen kunnen evenwel door de Minister of zijn afgevaardigde worden toegestaan.
Indien de controleverrichting door de daartoe belaste ambtenaar eenmaal een aanvang heeft genomen, dan kan de uitvoerder de goederen aan de controle niet meer onttrekken. De goederen worden slechts vrijgegeven door het afleveren van een der controlegetuigschriften voorzien bij artikelen 3 en 4, waardoor, naargelang van het geval, de goederen tot de uitvoer toegelaten of geweigerd worden.
Zolang de uitvoer niet heeft plaats gehad kan de bevoegde dienst een reeds gecontroleerde en goedgekeurde waar aan een nieuwe controle onderwerpen, en gebeurlijk de goedkeuring in afkeuring omzetten.
De controleambtenaren dienen de controle alleen dan te verrichten als de uitvoerders de waar zo aanbieden dat die controle doelmatig kan zijn.
Indien de uitvoerder weigert de verpakking of de waar overeenkomstig artikel 4, te laten merken, kan de met de controle belaste ambtenaar de ter controle aangeboden partij geheel of gedeeltelijk in beslag nemen.
Art.3. De met de controle belaste ambtenaar ziet de waar na en, indien ze aan de bestaande reglementering beantwoordt, levert hij een in dubbel opgemaakt getuigschrift af.
Indien de controle plaats grijpt op een in het binnenland gelegen controlepost, indien de uitvoer geschiedt langs een douanekantoor onderscheiden van de controlepost, of, in het algemeen, indien de uitvoer niet onmiddellijk na de controle plaats grijpt, kunnen daarenboven de vervoermiddelen worden verzegeld. Van deze eventuele verzegeling wordt op het controlegetuigschrift melding gemaakt. Dit getuigschrift vermeldt tevens een geldigheidsduur die door de bevoegde dienst wordt vastgesteld.
Een exemplaar van het controlegetuigschrift is bestemd voor de uitvoerder, het andere wordt door de douanediensten bij de uitvoer ingehouden en teruggezonden aan de bevoegde dienst.
De douanediensten laten de uitvoer van de waar slechts toe mits :
1° de waar behoorlijk gedekt is door een controlegetuigschrift dat de goedkeuring vaststelt;
2° het controlegetuigschrift, wat betreft de naam van de uitvoerder, overeenstemt met de uitvoervergunning of het bericht van uitvoer model B;
3° de geldigheidsduur van het controlegetuigschrift niet verstreken is;
4° in voorkomend geval, de aangebrachte verzegeling ongeschonden is.
Art.4. Beantwoordt de waar niet aan de bestaande reglementering, dan levert de met de controle belaste ambtenaar een getuigschrift af waarbij de waar geheel of gedeeltelijk voor uitvoer geweigerd wordt.
Tevens kan hij :
a) al de verpakkingen of een gedeelte ervan met een duidelijk zichtbaar en onuitwisbaar teken merken;
b) indien de aard van de waar zich ertoe leent, de waar zelf merken op de manier zoals voorzien onder a).
Art.5. De controle van land- en tuinbouwprodukten die onderworpen zijn aan een reglementering betreffende de uitvoer, genomen krachtens het koninklijk besluit van 27 juli 1939, doch die van vreemde oorsprong zijn, beperkt zich bij de wederuitvoer tot het nazicht van de verpakking.
Wanneer blijkens deze controle de produkten in hun oorspronkelijke verpakking zijn gebleven, en deze ongeschonden is gebleven, wordt de uitvoer toegestaan zonder dat het produkt en de verpakking moet beantwoorden aan de normen welke gesteld worden door de reglementering op de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten, genomen krachtens het koninklijk besluit van 27 juli 1939.
De met de controle belaste ambtenaar levert een certificaat af met de melding " vreemd produkt - niet onderworpen aan de kwaliteitsreglementering ".
Art.6. Wanneer de vreemde oorsprong niet duidelijk blijkt uit de oorspronkelijke verpakking, of wanneer deze verpakking gewijzigd of geschonden is, dan blijven evenwel de normen van toepassing welke gesteld worden door de reglementeringen op de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 juli 1939.
Art. 6bis. <KB 26.03-1971, art. 1> De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op de verzendingen naar het Groothertogdom Luxemburg en Nederland.
2. De douanediensten laten de uitvoer naar een niet-Beneluxland van schorseneren, haverwortels en prei ook toe indien de zending behoorlijk gedekt is door het controlegetuigschrift afgeleverd door de bevoegde diensten van het Groothertogdom Luxemburg of Nederland. De douanediensten laten de uitvoer naar een niet-Beneluxland van augurken van oorsprong en herkomst uit het Groothertogdom Luxemburg en uit Nederland slechts toe indien de zending behoorlijk gedekt is door het controlegetuigschrift afgeleverd door de bevoegde diensten van het Groothertogdom Luxemburg of Nederland.
Art.7. § 1. Opgeheven worden :
1. Het ministerieel besluit van 25 augustus 1948 bepalende de controlemaatregelen op de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten;
2. Het ministerieel besluit van 20 september 1958 tot wijziging van het ministerieel besluit van 1 september 1949, houdende inrichting van een officiële controle van de hoedanigheid der boter.
§ 2. De laatste twee volzinnen worden geschrapt :
in artikel 19, 3°, van het ministerieel besluit van 30 april 1938 tot inrichting van een officiële en facultatieve Herve-kaascontrole;
in artikel 12, tweede lid, van het ministerieel besluit van 18 juli 1957 houdende inrichting van een officiële en facultatieve controle op ingedikte melk;
in artikel 8, tweede lid, van het ministerieel besluit van 14 januari 1954 tot instelling van een officiële en verplichte controle van de melkpoeders.
§ 3. (...) <Impl. opgeheven; KB 01-02-1971, art. 17>
Art.8. Dit besluit treedt in werking vijftien dagen nadat het in het Belgisch Staatsblad werd bekendgemaakt.
Art. 9. <MB 26-07-1962, art. 1> (§ 1.) Dit besluit is niet van toepassing op de controles gedaan ter uitvoering van het ministerieel besluit van 23 juli 1962 betreffende de uitvoer en de invoer van sommige land- en tuinbouwprodukten. <MB 1988-10-12/30, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 01-11-1988>
(§ 2. Dit besluit is niet van toepassing op de controles gedaan ter uitvoering van het koninklijk besluit van 3 september 1963 betreffende de invoer en de uitvoer van geslacht pluimvee.) <MB 1988-10-12/30, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 01-11-1988>